Vliegen begint met leren vliegen. De allereerste keer begint gelijk met leren. Je gaat in een 2-zitter met instructeur omhoog. In het begin doet de instructeur nog veel en krijg je aantal opdrachten zoals te proberen om naar punt op horizon te vliegen. Al snel moet je steeds meer doen en na zo'n 20 tot 30 starts (afhankelijk hoe vlot je leert) ga je zelf starten en landen (te allen tijde heeft de instructeur de mogelijkheid om te ondersteunen waar nodig, Je kunt dit vergelijken met de instructeur in een rijles).
Nee, je krijgt opleiding van instructeurs die jou op de grond briefen en in de lucht aanwijzingen geven. De instructeurs zijn leden die dit geheel belangeloos doen en net zoals jij contributie betalen.
Het seizoen start 1 maart en eindigt op 31 oktober. De club vliegt elk weekend mits de weersomstandigheden het toelaten. In de zomermaanden worden ook vaak kennismakingsvluchten uitgevoerd of wordt nog een extra avond ingelast om lekker te gaan vliegen tot sunset. Op een dag vlieg je gemiddeld zo'n 2 of 3 starts en zal maximaal 5 of 6 starts zijn. De duur van de vlucht hangt af van de thermiek en de ingestelde tijdslimiet op een clubvliegtuig voor leerlingen (meestal 30 minuten tot 60 minuten per start).
Ja, in principe mag je vanaf 14 jaar beginnen met zweefvliegen mits je ook medisch gezond bent. Daarnaast mag je niet te lang zijn (meer dan 2 meter) en ook niet te zwaar zijn (meer dan 100 kg). Het komt soms voor dat een persoon niet geschikt is om te zweefvliegen.
Sommige (meestal jonge) mensen leren snel en mogen vaak al na 50 starts voor de eerste keer zonder instructeur gaan vliegen. Je bent dan 'solo'. Anderen hebben wat meer starts nodig om solo te komen, ergens tussen de 50 en 150 starts. Als je in het seizoen elk weekend 1 dag en in de opleiding 3 starts maakt dan heb je in een seizoen zo'n 60 starts. Vaak ligt het aantal starts veel hoger in de eerste jaren. 90-120 starts is niet uitzonderlijk.
Als je solo bent sta je nog steeds onder de verantwoordelijkheid van een instructeur totdat jij je zweefvliegbrevet hebt behaald. Je mag vrij in je oefengebied vliegen in de nabijheid van het thuisveld. In deze periode leer je steeds beter op wisselende omstandigheden te vliegen en worden de eisen die worden gesteld aan je vaardigheden op een hoger niveau gebracht zodat jij jezelf klaarstoomt voor het praktijkexamen. Na het behalen van je theorie en als je er aan toe bent, dan doe je praktijkexamen. Als je slaagt dan heb je je brevet gehaald en ben je voortaan 100% verantwoordelijk voor je eigen vliegkunsten!
Het leren houdt niet op na behalen van je brevet. In de volgende pagina's lees meer over overlandvliegen, kunstvliegen, kampen, safari's.